Afvallen met diabetes type 1: voor en na foto's

Afvallen met Diabetes Type 1: alles wat je moet weten

In deze blog

Afvallen met Diabetes Type 1 is moeilijker dan afvallen voor mensen zonder diabetes, maar zeker niet onmogelijk. In dit artikel lees je hoe afvallen werkt, wat het verschil is bij iemand met diabetes type 1. En hoe je dan wel kunt afvallen met diabetes type 1.

Samenvatting Afvallen met Diabetes Type 1

Om af te vallen met diabetes type 1 dien je in een klein calorietekort van dagelijks 300 tot 500 calorieën te eten. Hierdoor creëer je een negatieve energiebalans. Het is hierbij wel zaak dat je zo vaak mogelijk zo precies mogelijk insuline doseert.

Zo voorkom je dat het lichaam te weinig energie heeft voor (bijvoorbeeld) de functies van je organen. Ook verklein je het risico op complicaties. Tevens verklein je de kans op hypo’s en hypers, welke het afvallen met diabetes aanzienlijk lastiger kunnen maken.

Hoe werkt afvallen?

Je lichaam valt af wanneer het zich een langere periode in een negatieve energiebalans bevindt. Dit wil zeggen dat het lichaam meer calorieën verbrandt, dan dat het binnenkrijgt door voeding en drinken (1). Deze negatieve energiebalans, ook calorietekort genoemd, kan gecreëerd worden door:

  • Het innemen van minder calorieën dan dat het lichaam nodig heeft om op gewicht te blijven
  • Het verbruiken van meer calorieën door middel van beweging
  • Een combinatie van beide

Belangrijk is dat er voor het creëren van een negatieve energiebalans altijd wordt uitgegaan van een klein calorietekort. Over het algemeen geldt dat men zo’n 300 tot 500 calorieën op dagelijkse basis minder moet eten, dan dat hij of zij nodig heeft om op gewicht te blijven.

Op die manier krijgt het lichaam tijdens het afvallen (bij een gevarieerd voedingspatroon), ondanks de kleinere hoeveelheid energie, nog wel voldoende vitamines, mineralen, vezels en essentiële voedingsstoffen. Dit is cruciaal voor het lichaam en de organen om essentiële werkzaamheden zonder problemen te blijven uitvoeren.

Hoe werkt afvallen met diabetes type 1?

Voordat we kijken hoe afvallen met diabetes type 1 werkt, is het belangrijk om de rol van insuline onder de loep te nemen.

Bij diabetes type 1 dient men handmatig insuline toe te dienen om hypers (hoge bloedsuikers) te voorkomen. De insuline heeft als hoofdtaak om de energie te transporteren naar de juiste cellen in het lichaam.

Doseert men de hoeveelheid insuline hiervoor niet voldoende, dan blijft de energie uit voeding (in de vorm van glucose) hangen in de bloedstroom, waardoor de bloedsuikerspiegel stijgt (hyper). Het gevaar hiervan is dat het risico op diabetes-complicaties stijgt, en dat het lichaam te weinig energie en voedingsstoffen krijgt om lichamelijke taken goed uit te voeren.

Daar tegenover staat dat je ook te veel insuline kunt doseren. Hierdoor transporteert de insuline de energie uit de bloedstroom wel naar de cellen die het nodig heeft, maar omdat de dosering te groot is voor de hoeveelheid krijgt het lichaam een hypo (lage bloedsuiker).

Nu we weten wat de mogelijke gevolgen zijn van te weinig en te veel insuline doseren, kunnen we kijken naar hoe afvallen met diabetes type 1 werkt.

Om gezond af te vallen dien je ook met diabetes type 1 in een klein calorietekort (300 tot 500 calorieën op dagelijkse basis) te eten. De kunst is om vervolgens zo precies als mogelijk insuline toe te dienen om de hoeveelheid energie die je inneemt te transporteren naar de juiste lichaamscellen.

Je bootst hierbij zoveel mogelijk het metabolisme van iemand zonder diabetes na. Zo voorkom je dat het lichaam te weinig energie (en daarmee te weinig voedingsstoffen krijgt). Ook voorkom je dat je de kans op complicaties vergroot.

Wat maakt afvallen met diabetes type 1 lastig?

Het zo precies mogelijk doseren van insuline verkleint tevens de kans op hypo’s en hypers. En het zijn juist hypo’s en hypers die afvallen zeer lastig kunnen maken. Zeker als ze frequent voorkomen.

Bij frequente hypers gaat het lichaam namelijk opzoek naar andere vormen van energie. Hiervoor kan het onder andere spiermassa afbreken. Dit terwijl er veel voordelen zitten aan het behouden van spiermassa voor zowel diabetes en gezondheid, als voor je looks.

Anderzijds is het zo dat een hoge frequentie aan hypo’s ervoor zorgen dat je veel extra calorieën moet nuttigen. Tenslotte: om een hypo op te lossen moet je koolhydraten eten. Koolhydraten zijn een vorm van energie en brengen dus calorieën met zich mee. Gebeurt dat in te grote hoeveelheden, dan kom je uit de negatieve energiebalans die nodig is voor het verliezen van vet.

Om het nog eens lastiger te maken geldt dat wanneer je aan het afvallen bent, je al snel gevoeliger voor insuline wordt. Dit kan betekenen dat je insulinedoseringen van de een op de andere dag niet meer (zo goed) werken, waardoor de kans op een hyper of hypo groter wordt.

Hoe kun je hypo’s en hypers het best voorkomen?

Afvallen met diabetes type 1 is dus mogelijk, maar daarvoor is wel een pro-actieve aanpak van diabetes management nodig. Naarmate je gevoeliger wordt voor insuline zullen je insulinebehoeftes voor je maaltijden en je achtergrondinsuline veranderen. Om hypo’s en hypers te voorkomen is het belangrijk dat je jouw koolhydraat-insuline ratio’s continue scherp hebt, zodat je het risico op het over- of onder doseren van insuline verkleint.

Dit doe je door je bloedsuikers, voedingsinname en insulinedoseringen continue bij te houden en te analyseren. Op basis daarvan pas je jouw ratio’s aan wanneer dat nodig is.

Hoe los je hypo’s en hypers het beste op bij afvallen?

Voorkomen is beter dan genezen. Maar omdat de juiste hoeveelheid insuline doseren soms een ware kunst is, zijn hypo’s en hypers onvermijdelijk. Je kunt de frequentie proberen te verminderen, maar wanneer je dan toch een hypo of hyper hebt, kun je deze maar beter zo slim als mogelijk oplossen. Zeker met oog op het afvallen.

Voor hypers geldt dat je een correctiedosering insuline kunt toedienen. Echter duurt het voor de meeste insulinesoorten relatief lang voordat ze je bloedsuikers doen dalen. Een aanvullende of andere methode is door (semi-intensief) te gaan bewegen. Het grote voordeel hiervan is dat het sneller werkt dan wanneer je alleen een correctiebolus toedient en niet beweegt. Dankzij de beweging nemen de spieren een deel van de glucose op en kan de insuline die (wel al) in het lichaam zit sterker werken.

Wat betreft hypo’s is het vooral zaak om deze op te lossen met koolhydraten die:

  • Snel werken (pure glucose)
  • Geen overbodige calorieën meenemen uit vetten en eiwitten

Zo ben je zo snel mogelijk van de hypo af en verklein je de kans dat je uit de negatieve energiebalans komt.

Leer meer over vetverlies en diabetes in de Fit met Diabetes Community!

In de Fit met Diabetes Community komt het onderwerp vetverlies regelmatig aan bod. Bijvoorbeeld in de trainingen en cursussen, maar ook tijdens de maandelijkse community calls.

Wil jij ook lid worden van de Fit met Diabetes Community? Bekijk hier meer informatie.

Bronnen:

DEEL DIT ARTIKEL

Eén reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Lees verder: